Download document

VAN HET REVE, Karel



De ongelooflijke slechtheid van het opperwezen

…..
Een lezer uit Obdam schrijft: “Is het redelijk om in een slechte God te geloven? Van het Reve schildert Hem af als een kwaadaardige imbeciel. Naar het voorbeeld van Multatuli (‘Twee personen geraakten te water. Door Gods goedheid werd de een gered. De ander verdronk. Door Gods kwaadheid?’) argumenteert hij dat een God die almachtig is en desondanks het lijden toelaat, wel van een ongelofelijke slechtheid moet zijn. Dit punt raakt mijns inziens precies de kern. Kan de christelijke stelling dat God liefde is gehandhaafd worden in het licht van de aangevoerde feiten? Hier kan een benadering die in de middelbare-school-wiskunde bekend staat als ‘bewijs uit het ongerijmde’ ons helpen.”

“Stel dat God ons zo geschapen had dat wij geen redelijke beslissingen hadden kunnen nemen, maar alleen - nolens volens - Zijn wil hadden kunnen doen. Precies zo, als een computer de wil van een programmeur uitvoert, zonder mankeren. Zouden wij God dan liefhebben? Die vraag is - ook voor God - ongerijmd. Om zeker te zijn van onze liefde, moet God ons een volkomen vrije keuze vóór of tegen Hem laten. Als God liefde is, en naar wederliefde zoekt, loopt Hij de kans afgewezen te worden. Gods aanbod van liefde sluit dus, omwille van haar volstrekt vrijwillig karakter, het risico van kwaad, boosheid, slechtheid en lijden in: wij mensen hebben dat geheel in eigen hand. Zo bezien is het lijden zelfs hoogst functioneel.”

Dat ‘geheel in eigen hand’ begrijp ik niet. Had de wereldbevolking in 1755 de bekende aardbeving van Lissabon ‘geheel in eigen hand’? Wat moet ik me daarbij voorstellen? Dat die aardbeving door menselijke slechtheid veroorzaakt is? Dat God de Portugezen die aardbeving gezonden heeft als aansporing om Hem lief te hebben? De hele redenering werpt trouwens een uiterst bedenkelijk licht op de god der christenen. Hij laat het kwaad toe omdat hij zo graag door ons bemind wil worden. Ik wil ook graag aardig gevonden worden, maar ik zou nooit tot zulke middelen mijn toevlucht nemen. 

…..