Download document

BRONDEEL, Paul



Ik, blanke kaffer

…..
en later, veel later, vertel ik haar van mijn angst om haar nooit meer te ontmoeten, mijn angst, mijn onuitroeibare, onsterfelijke, dierlijke, groteske angst voor de anderen, en dat ik die dag wanhopig was, om haar, om een mens, zoals men alleen maar wanhopig kan zijn om een mens...

…..
En altijd dat intense bewustzijn dat op een dag iets zou losbarsten, dat duizenden wild geworden negers uit de brousse tevoorschijn zouden komen, wild van het hennep roken en van het arak drinken, gewapend et bijlen en lansen en dat ze je vrouw zouden verkrachten, alle vrouwen, en de mannen op de afgrijselijkste manier verminken.

…..
me nogmaals op het bed werpen, met de handen onder het hoofd liggen kijken naar niets, liggen luisteren naar de nachtvogels, me op de lippen bijten, telkens bijten tot er bloed kwam, de vuisten krakend ballen en traag de morgen zien ontstaan, de scherven van de nieuwe dag.

………


Nachttrein in september

…..
Mijn naam is Lo Hoorens. Ik woon in de Eikelstraat en lijd aan levercirrose. Mijn buik staat als een ballon gespannen, wegens het vele water dat er zich n ophoopt. Ik kan bijna niet rechtop staan en moet haast bestendig in bed blijven liggen. Als ik me beweeg, voel ik erge pijnscheuten in mijn buik. Ik ben achtenveertig en weet nu zeker dat ik niet lang meer te leven heb.

…..
Mijn buik doet weer pijn, hij lijkt me meer gezwollen dan vanmorgen. Soms denk ik dat hij zal barsten. Ik zal vragen dat men in het ziekenhuis dadelijk begint met het aftappen van het water. Het doet wel pijn met die naald in mijn buikwand, maar het zal me ontlasten, als het water vermindert zal de spanning wijken. Misschien zal het deze keer niet zo erg zijn als de vorige keren in het ziekenhuis. De laatste maal dacht ik uitzinnig te worden van de pijn. Zuster Flora moest me met geweld in bed houden. Ze moest de hulp van anderen inroepen. Ik weet niet wat ik zou gedaan hebben, me van de trap laten vallen of uit het raam springen.

…..