ROBBEN, Jaap
Zullen we een bos beginnen ?
Graaf een kuil
en plant je boom
voorzichtig
naast de mijne.
Kunnen ze elkaar
uit de wind houden
als het stormt
of in de middagzon
samen zwijgen.
En als ze 's avonds
door de wimpers
van hun twijgen
naar elkaar kijken
beginnen ze al
op een bos te lijken.
Meneer
Oma kent mijn naam niet meer
vroeger spiekte ze nog
op het briefje
naast haar telefoon
verwisselde mij met mijn
vader, broer of oom.
Maar als ik nu
haar kamer binnenkom
met de klink nog
in de hand
zegt ze “Dag….
meneer.”
Oma kent
mijn naam niet meer
Kwukel
Ik ben niet bijzonder,
daar ben ik aan gewend.
Ik kan geen truc
die niemand kent.
In de stilte van mijn hoofd
bewaar ik geen geheim
dat mij de moeite maakt.
Voor mij bestaat zelfs geen recept
omdat mijn vlees naar lucht en water smaakt.
Misschien moet ik maar hopen
dat een mensenhand na duizend jaar
een paar botjes van me vindt en zegt:
‘Ik weet niet wat het is geweest,
maar dit was zo te zien
een heel bijzonder beest.’
.
You may also like …
… mijn dochterke, waar hebben ze dat visje gevangen?’ - ‘In een kelderke met een tange. Hoe leed’, ….. - ‘Isabelle, mijn dochterke, waar hebben ze dat sopke gegoten?’ - ‘Op de strate voor d' honden. Ze barstten waar ze stonden. Hoe leed’, ….. - ‘Isabelle, mijn dochterke, wat jont gij aan uwe …
― ANONIEM - Isabelle mijn dochterken
Lees verder ›
… Kijk! Zo valt de nacht. Bladerrot weer wring ik me in de versperde tijd een beukentak klampt zich vast aan dood blad een oude belofte die waanwijs zwijgt en ik hoor hoe de hond schijnzwanger jankt het kan niet de vruchten weer vol bijten de dagen zonder je domweg ontslapen drieëntwintig zijn …
― Charlotte VAN DEN BROECK
Lees verder ›
… wat onvast, zijn hersenen langzaam verwekend. Geen vrouw die, haar hart voor hem brekend, de drank nog verstopt in de kast, zijn hap kookt, zijn overhemd wast, hem thuis houdt - scheldend of smekend. Toch smaakt hem de drank nog uitstekend; raakt dáár aan de tap, op zijn kruk, zijn wereldbeeld …
― Paul VAN DEN HOUT
Lees verder ›
… ik drink geen pint meer mee, want ik ga op de vlucht. de kant uit van de zee, de kant uit van de lucht. de lucht is grauw, de lucht is grauw boven m'n vlakke land, m'n vlakke vlaandrenland. en ach m'n vlaandrenland dat is m'n ander land, m'n gaanderland, m'n staanderland. de lucht is koud, …
― Frans HALSEMA
Lees verder ›