VAN RUYSBEEK, Erik


Raaklijnen van het licht


…..

Ik ben de boom

ik ben het bos

Ik ben het takgekraak

het bladgeritsel

de geur van honderd kruiden

kleur voor duizend ogen

…..


Denkend aan de dood


…..

Rusten ga ik weldra

in mijn eigen verruimde schoot

eindelijk rusten ga ik

in mijn velden zonder oorsprong.


Ontvang mij dan

groot lichaam zonder grenzen

ontvang mij

groot onuitblusbaar vuur.



Overgang


Leven is geen begin

en evenmin

is dood een einde:

slechts vormen van verandering in

het zijnde

…..


Eens

Eens wil ik rusten in een vredig graf

als ik de wereld ben geworden

als ik de herfsten ben geworden

boven de bossen en de bergen

die eens mijn vlees geweest zijn

en mijn geest.


Eens wil ik rusten in een vredig graf

als ik de winden ben geworden

de zomers en de zonnen

waar ik verzoend in opging

en zoende met de lippen

van de geest.


Eens wil ik rusten in een vredig graf

als ik de vrede ben geworden

als ik het geuren ben geworden

het stille bloeien in het jonge gras

en 't eeuwig kiemen