KHAYYAM, Omar


Rubàiyat




3


And, as the Cock crew, those who stood before

The Tavern shouted--"Open, then, the Door!

You know how little while we have to stay,

And, once departed, may return no more.

7


Come, fill the Cup, and in the Fire of Spring

The Winter Garment of Repentance fling:

The Bird of Time has but a little way

To fly - and Lo! the Bird is on the Wing.


9


Here with a Loaf of Bread beneath the Bough,

A Flask of Wine, a Book of Verse - and Thou

Beside me singing in the Wilderness -

And Wilderness is Paradise enow.


24


Ah, make the most of what we yet may spend,

Before we too into the Dust descend;

Dust into Dust, and under Dust to lie,

Sans Wine, sans Song, sans Singer, and--sans End!

28

With them the Seed of Wisdom did I sow,

And with my own hand labour'd it to grow:

And this was all the Harvest that I reap'd --

"I came like Water and like Wind I go."


Old tent-maker, your body is a tent,

your soul a sultan from the eternal world.

Death’s messenger gives the call to journey on,

and strikes the tent, and lets the sultan go.







































Tentmaker, zie, uw lichaam is een tent,

de Sultan ziel tot een kort logement.

De vorst vertrekt; straks vouwt het linnen op

de dood en geen, die nog de standplaats kent.


Het eerste groeien aan de waterkant

hoewel herkent het zinnende verstand

dons van een cherublip daarin en waas

van kinderwangen in de jonge plant.


De liefste naderde, mijn zinnen weken;

een hart, dat sprak; een mond, die niet kon spreken.

O fel verdorste, wreed martyrium

tussen de murmelende waterbeken.


Goud en veel koper als een klokkespijs

goot eens de Maker is mijn vormmatrijs

naar Zijn dunk. Wie is er dan aansprakelijk,

wanneer de klok nu klinkt op haar wijs?


De wereld gaat en gaat, als lang na deze

mijn roem verging, mijn kennis hooggeprezen.

Wij werden vóór ons komen niet gemist,

na ons vertrek zal het niet anders wezen.


In deze kring van komen en van gaan

is Alif niet, noch Ya te verstaan,

en niemand, die beseft, van waar verscheen,

naar waar verdween de vreemde karavaan.


Vertaling: J.H. Leopold (1911)

)


////////////////////////////////////

Een vijand blijkt op wie gij meest vertrouwt,

Als van nabij uw oordeel hem beschouwt.

Beter voorshands niet veel met vrienden wezen:

Alleen van ver zijn mensenwoorden goud.


(vertaling P.C. BOUTENS)

////////////////////////////////////



31

With them the seed of Wisdom did I sow, And with my own hand wrought to make it grow; And this was all the Harvest that I reap'd "I came like Water, and like Wind I go.


32

Into this Universe, and Why not knowing Nor Whence, like Water willy - nilly flowing; And out of it, as Wind along the Waste, I know not Whither, willy - nilly blowing.

38


One Moment in Annihilation's Waste,

One Moment, of the Well of Life to taste-

The Stars are setting and the Caravan

Starts for the Dawn of Nothing - Oh, make haste

46

So when at last the Angel of the Drink Of Darkness finds you by the river - brink, And, proffering his Cup, invites your Soul Forth to your Lips to quaff it - do not shrink.

48

When You and I behind the Veil are past, Oh, but the long long while the World shall last, Which of our Coming and Departure heeds As much as Ocean of a pebble - cast.

67


Ah, with the Grape my fading Life provide,

And wash my Body whence the Life has died,

And in a Winding-sheet of Vine-leaf wrapt,

So bury me by some sweet Garden side.

71

The Moving Finger writes, and, having writ,

Moves on; nor all your Piety nor Wit

Shall lure it back to cancel half a Line,

Nor all your Tears wash out a Word of it.

Translation: Edward Fitzgerald


31

Van wijsheid zaaide ik met hen, het zaad;

met eigen handen wrocht ik, vroeg en laat

En dit was heel de winst die ik mocht oogsten

Als water kwam wie nu als wind weer gaat

32

In dit heelal: Waarom? Vanwaar? We weten 't niet

gelijk het water stroomt of het nu wil of niet

en weer eruit, als wind over het woeste land,

-geen weet precies waarheen- of hij nu wil of niet.








46

Als dus tenslotte de Engel met de Drank

der duisternis je treft bij de oeverbank,

het glas heft en je vraagt met ziel en lippen

te drinken - huiver niet, maar zeg hem dank.


48

Als wij voorbij de Sluier zijn gegaan,

zal lang, heel lang, de wereld nog bestaan

en ons vergeten zijn. Wat trekt de zee zich

het plonzen van een kiezelsteentje aan

Vertaling : W.Blok





Awake! for Morning in the Bowl of Night

Has flung the Stone that puts the Stars to Flight:

And Lo! the Hunter of the East has caught

The Sultan's Turret in a Noose of Light.


Dreaming when Dawn's Left Hand was in the Sky

I heard a Voice within the Tavern cry,

"Awake, my Little ones, and fill the Cup

"Before Life's Liquor in its Cup be dry."


And, as the Cock crew, those who stood before

The Tavern shouted --- "Open then the Door!

"You know how little while we have to stay,

"And, once departed, may return no more."


Now the New Year reviving old Desires,

The thoughtful Soul to Solitude retires,

Where the White Hand of Moses on the Bough

Puts out, and Jesus from the Ground suspires.


Iram indeed is gone with all its Rose,

And Jamshyd's Sev'n-ring'd Cup where no one knows;

But still the Vine her ancient Ruby yields,

And still a Garden by the Water blows.


And David's Lips are lock't; but in divine

High piping Pehlevi, with "Wine! Wine! Wine!

"Red Wine!" --- the Nightingale cries to the Rose

That yellow Cheek of hers t'incarnadine.


Come, fill the Cup, and in the Fire of Spring

The Winter Garment of Repentance fling:

The Bird of Time has but a little way

To fly --- and Lo! the Bird is on the Wing

Adaptation: Edward FITZGERALD


Ontwaakt! De morgen drijft in wilde jacht

De sterren langs de koepel van de nacht.

En ziet: de jager van het oosten trof

Des sultan's toren met zijn stralenpracht.


Vertaling: Chr.van Balen )





168


God, you have shattered my happiness.

You have raised a wall between my heart and you,

its creator. The harvest of my life, you trample it down.

It's time for me to die, but God, you hesitate.

You think I am too drunk to die?


169


Be quiet, pain and sorrow!

Let me find a remedy. I have to live,

as once dead there is no memory. And I want

to see my love and be with her. And I

want to remember our being together.


170


Stringed instruments, perfumes,

winecups, lips, long hairs, eyes - mere toys

that are destroyed by time, toys! Frugality, loneliness,

labour, meditation, prayer and renunciation,

ash that time will blow away,

mere ash!


168


Heer, U heeft me

m'n geluk ontnomen! Heer, U hebt

een muur gemetseld tussen mijn hart en de schepping.

Mijn mooie wijnoogst, U hebt hem vertrapt. Als het

mijn tijd is te sterven, waarom aarzelt U dan?

Ben ik op dat moment misschien te dronken?


169


Wees stil, verdriet!

Laat me een geneesmiddel zoeken.

Ik moet leven, want de doden hebben geen

herinneringen meer. En ik wil

me m'n geliefde nog

even herinneren!


170


Snaarinstrumenten,

geuren, drinkbekers, lippen,

lange haren en ogen: speelgoed dat de Tijd

vernietigt, speelgoed! Soberheid, eenzaamheid,

arbeid, meditatie, gebed en afstand doen: as die

de Tijd uiteen waait, as!


Vertaling: Hans VAN ROSSUM