Download document

VAN BRUGGEN, Carry



Eva

…..
We waren klein en thuis gebeurde een ontzaglijke geheimzinnigheid. Elke avond na het eten sloot Vader zich op in het zijkamertje en bleef er tot heel laat zitten schrijven op grote vellen papier. Opzettelijk had Vader voor de slechtsluitende deur de smid een nieuwe sleutel laten maken. Maar we koekeloerden van de straat af tussen de gordijnen door. Eindelijk op een vroege morgen voer Vader met de boot naar de stad -, de grote papieren gingen in het oude koffertje mee. En we bestormden Moeder, we overrompelden Moeder, we kregen toch altijd alles van Moeder gedaan, we bezwoeren dat we zelfs op de pijnbank Vaders geheim niet prijsgeven zouden. ‘O, Moeder, maar zeg het ons toch, zeg het ons toch, wat heeft Vader op de grote vellen geschreven, wat gaat er vandaag mee gebeuren?’ ‘Vader heeft een boek geschreven, een echte roman heeft Vader geschreven, het heet “Rabbijn en Antisemiet,” het speelt in Spanje, er komen palmen en gebergten in voor en tuinen met fonteinen en de mensen dragen er gewaden -.’ We wilden vragen... vragen... vragen... en we vroegen ook wel, we vroegen te veel, Moeder hield zich de oren tegen ons vragen dicht, maar we vroegen het rechte niet, ik vroeg zeker het rechte niet, want ik weet nog goed, dat ik dacht: die volheid in mij, die benauwdheid, die toch niet anders dan een prop van ongevraagde vragen kan zijn, die wordt maar niet minder, wat ik ook vraag.

Honderd levens zijn in mij herleefd, ik ben opgestegen in mijzelf als een vloed, ik heb hem alles te zeggen... maar als ik niet alles in één en hetzelfde ogenblik zeggen kan, dan zou ik hem liever niets willen zeggen... we hadden ook toen ineens de ene rechte vraag moeten vinden, naar Vaders boek, maar we vonden die niet.

…..


Prometheus
…..
Distinctie, anders dan anderen te zijn, is de voorwaarde van ons zelfbehoud. Niet de machtswil is primair, maar de distinctiewil.

…..
De dubbele tendentie – naar de Eenheid en van de Eenheid – de wil tot stellen en de wil tot opheffen, verdeelt de mens in zichzelf en verdeelt de mensheid in tweeën.
…..
Van het ogenblik af dat het individu opgaat (ondergaat) in een collectiviteit, vervangt deze de persoonlijkheid, die ze voortaan vertegenwoordigt. Aldus zelf tot `individu' geworden, zal de collectiviteit zich van andere collectiviteiten willen (moeten) onderscheiden, teneinde te bestaan. En hoe groter, machtiger, welvarender de collectiviteit, hoe meer eer voor het individu. Nationalisme, patriottisme is eigenliefde.
…..