DE KUYPER, Eric



Grand Hotel Solitude

…..
Wat moest hij echter met zulke vrienden die over stambomen en wortels, bekroond door geld en lokaal prestige beschikten, aanvangen? Geen van deze componenten was hem bekend. Integendeel, ze schrikten hem af, en dan vooral de wijze waarop zij, overlopend van arrogantie, hun genealogie, met name het patrilineaire cultiveerden: ‘Mon père prétend …’, ‘l’autre jour, mon père a rencontré ton père au club, et …’ Over moeders werd nauwelijks gesproken.

Nochtans was hij dankbaar dat ze hem tenminste te woord stonden. Overigens hadden zij zich vanuit hun stand en met hun pretenties niet kunnen veroorloven, hem niet als een van de hunnen te beschouwen. Hij sprak immers Frans en bezat dus cultuur … wat hem onderscheidde van die barbaarse Vlamingen.

Omdat ze over veel (?) geld beschikten konden ze geëmancipeerder zijn, en waren dat ook of wekten althans die indruk, want pose speelde een zeer belangrijke rol. Zij hadden hun tennisclub en hun schermlessen, en later hun feestjes. Na de les stonden ze op de hoek van de Mechelse steenweg (door hen de chaussée de Malines genoemd) en de Belgiëlei te praten (hun territorium begon bij het ‘parc Albert’). Soms mengden meisjes van het lyceum zich onder hen. Zussen van schoolvrienden, met wie ze later zouden huwen.

…..