VAN SAN, Marion



Interview door Hugo CAMPS in Elsevier, 2002

….
(Rapport 1999)

Ze hadden het over een onderzoek op het randje van racisme. Ik werd als een tweede Filip Dewinter neergezet.

Terwijl het onderzoek heel onschuldig was. Kort gezegd, stelde ik een differentiële betrokkenheid vast van allochtone jongeren bij jeugdcriminaliteit.

Om maar iets te noemen: Marokkaanse jongens scoorden twee keer hoger dan Turkse jongens. De Oost-Europeanen bleken vooral actief te zijn in vermogensdelicten.

Aziatische jongeren waren in de criminaliteitsstatistieken een onbeschreven blad. Kortom, ik toonde aan dat criminaliteit geen eenheidsworst is.

En brak daarmee het cliché van de gangbare publieke opinie die, aangevuurd door Dewinter, het tot die tijd altijd had over criminaliteit van migrantenjongeren.

…..
Ik wist dat de rijkswacht in het bezit was van statistieken, maar het heeft me zweet en tranen gekost om de hand te leggen op deze wetenschappelijke grondstof.

Ik werd aan alle kanten tegengewerkt. Prominente wetenschappers aan de Belgische universiteiten waren de eersten om mij af te schieten. Wellicht opdat zij zichzelf gepasseerd voelden en meer nog uit ideologische pleinvrees.

Gaandeweg werd duidelijk dat minister Verwilghen steeds meer tegenzin kreeg om de resultaten van het onderzoek te presenteren. Geen excuus was te gek.

De houding van Verwilghen was ongekend laf.

Ik had geleerd uit de commotie rond de uitspraken van Jacques Wallage na een rapport over asielzoekers in Groningen dat hij vervolgens niet vrij wilde geven.

Ik eiste een presentatie van mijn onderzoek en een boek.

Verwilghen ging onder druk van de pers door de knieën, zij het dat het een presentatie en sourdine moest worden.

…..
De topadviseur van Guy Verhofstadt, professor Brice de Ruyver, bleek zich ook met het onderzoek te bemoeien. Tijdens een etentje zei hij me: “Ik heb u de opdracht gegeven omdat ik het mijn collega’s aan de universiteit niet gunde.” Vervolgens heeft hij er alles aan gedaan om mij in mijn werk te boycotten. Sterker nog! De Ruyver wilde mij liquideren.

Achter de rug van Verwilghen probeerde hij mijn opdrachtomschrijving te wijzigen. Waarom?

Misschien zoals u zegt, omdat het tussen Verhofstadt en Verwilghen al jaren koude oorlog is. Het is natuurlijk onvoorstelbaar dat een topadviseur van de premier een onderzoek naar een van de belangrijkste pijnpunten in de samenleving dwarsboomt.

Het ging zelfs zover dat hij met de rijkswacht onder een hoedje speelde om mij de beschikbare cijfers en statistieken te onthouden. Na het onderzoek heb ik van De Ruyver niets meer gehoord: hij is nu bang dat ik over hem een boekje opendoe.’

…..